Maar hoe maak je deze waarden inzichtelijk? Hoe breng je niet-financiële waarden overtuigend in beeld in een businesscase? En hoe doe je dit samen met je ketenpartners, zodat gezamenlijke acties effect hebben en opschaling mogelijk wordt?
Tijdens de ThemaTalk ‘Businesscase naar waarde’ deelden Sabrina van der Linden (Rijkswaterstaat) en Ilse van den Breemer (ACV en Restore Kringloop) hun inzichten over de waarde van circulaire ambachtscentra en hoe je de impact ervan zichtbaar maakt.
De voordelen van een valuecase
Sabrina van der Linden (Rijkswaterstaat) nam de deelnemers mee in de methodiek van Copper8: de overgang van traditionele businesscase naar een valuecase. Waar de traditionele businesscase kijkt naar financiële kosten en baten, brengt de valuecase ook ecologische en sociale opbrengsten in kaart.
Door de valuecase ontstaat een compleet beeld van wat een project toevoegt ten opzichte van de huidige situatie. Zo wordt niet alleen het rendement in euro’s meegenomen, maar ook de bredere winst. Bijvoorbeeld de vermeden kosten door mensen uit het sociaal domein te ondersteunen, minder uitstoot door hergebruik en andere vormen van maatschappelijke winst.
De valuecase helpt je om ketenpartners te overtuigen: het maakt inzichtelijk waarom samenwerking in een circulaire keten loont. Voor gemeenten en partners helpt dat om draagvlak te creëren en investeringen beter te onderbouwen. Amsterdam rekent bijvoorbeeld de vermeden schade door klimaatadaptieve maatregelen mee in haar besluitvorming.
Circulaire ambachtscentra: praktijkvoorbeeld
Ilse van den Breemer (ACV en Restore Kringloop) liet zien hoe deze methodiek werkt in de praktijk van circulaire ambachtscentra, zoals ACV en ReStore in Ede. Hier werken uiteenlopende partijen samen om van afvalstromen producten te maken en maatschappelijke waarde te creëren:
Partners in de keten: Repair Café, Kringloop Ede & Veenendaal, Streek College, Mondial Movers, Atelier Revive, Houtclub Ede en Werkkracht Ede.
Door samen te werken, kunnen ambachtscentra grotere volumes materiaal verwerken en kwalitatieve herbruikbare items garanderen, terwijl ook laagwaardige items goed worden verwerkt. Zo ontstaat een robuuste keten die opschaalbaar en duurzaam is.