Samenwerken aan circulaire verdienmodellen

Steeds meer partijen passen circulaire businessmodellen toe in hun organisatie. Zo ook Decathlon, IKEA en Zeeman. Tijdens een Circulaire Doorbraak op 25 juni lieten zij zien hoe zij dit toepassen, maar ook welke uitdagingen zij tegenaanlopen. In Circulaire Doorbraken pakken bedrijven samen met experts en overheden knelpunten in de keten aan en delen oplossingen. 

Navied Tavakolly, programmamanager KIA-CE, was een van de experts die reflecteerde op de vraagstukken. Wat ziet hij gebeuren bij deze organisaties? Hoe werken zij samen met de keten? En welke kansen ziet hij voor ketensamenwerking?  

Wat doen Decathlon, IKEA en Zeeman?

Decathlon experimenteert met meerdere modellen: verhuur, reparatie en refurbished producten. Ook biedt Decathlon refurbished producten aan van andere merken, zoals Gazelle-fietsen.  

IKEA heeft een buy back-programma waarmee consumenten hun meubels kunnen inleveren voor tot wel 50% van de aankoopwaarde. Voor nu krijgen klanten daar een tegoedbon voor, maar het uiteindelijke doel is om contant geld terug te geven.  

Zeeman ontwikkelde in samenwerking met Nederlandse textielpartners haar eerste volledig circulaire product: een hamamdoek, gemaakt van oude werkkleding en geproduceerd van begin tot eind in Nederland. 

Grote spelers, andere dynamiek 

Het eerste dat Tavakolly opvalt: het zijn drie gevestigde, grote spelers. “Daar speelt een andere dynamiek. Circulariteit wordt vaak als iets voor start-ups en mkb gezien. Dat deze grote bedrijven de transformatie naar circulair willen maken, is gaaf. Daar zit slagkracht.” 

Zeeman werkt samen met andere partijen, waaronder Spinning Jenny, aan een circulaire keten die Nederlandse reststromen textiel omzet in nieuwe producten. “Zij laten zien zien dat je ook als prijsvechter met circulair bezig kunt zijn, maar zijn nog zoekend hoe ze dat potentieel goed kunnen benutten.” 

“De keten van Zeeman laat zien dat het technisch mogelijk is om met een lokale, korte keten tot een product te komen op basis van reststromen. Ook toont het dat er markt is voor deze producten, al gaat het nog om een vrij specifieke doelgroep. Er zit innovatie in; nu is het belangrijk dit door te ontwikkelen om tot schaal te komen.” 

Waar bij Zeeman het vraagstuk zit in opschaling, speelt bij Decathlon en IKEA een ander vraagstuk. “De vraag is hier: hoe zorg ik ervoor mijn circulaire propositie geleverd kan worden? In een lineaire keten heb je één grote, centrale stroom, terwijl een circulaire keten bestaat uit meerdere stromen uit hergebruik, verspreid over verschillende plekken. Hoe krijg je genoeg kwalitatieve aanvoer om hoogwaardige producten te maken? Dat vraagt een andere supply chain dan ze nu hebben.” 

Daarnaast valt hem nog een ander punt op: de partijen maken zich geen zorgen over de afzet, maar juist de aanvoer van circulaire producten. “Dat zegt mij dat de afzet al afgedekt is, er is een passende markt gevonden. Dat is een hele andere dynamiek dan bij bijvoorbeeld start-ups die vaak op zoek zijn naar hun (launching) customer. Dat maakt dit vraagstuk bijzonder: het laat zien dat ook bestaande partijen bezig zijn met innoveren en transformeren.” 

Coalities als sleutel voor circulaire doorbraken 

Welke kansen ziet Tavakolly voor het vraagstuk rondom het inzamelen van voldoende kwalitatieve aanvoer?

  • Decentrale supply chains opzetten om kwalitatief materiaal lokaal en verspreid in te zamelen

  • (Keten)integratie en samenwerkingen met (afval)inzamelaars, sorteerders, retailers en dienstverleners voor een betrouwbare toevoer.

  • Samenwerkingsverbanden benutten om grotere volumes herbruikbare materialen te borgen. 

  • Technologie inzetten, zoals beeldherkenningssystemen, voor efficiënte sortering en kwaliteitscontrole.

  • Samenwerking over productcategorieën heen: textiel met textielbedrijven, fietsen met fietsenbedrijven, kampeerspullen met kampeerbedrijven. 

Een van de grootste kansen om te komen tot voldoende aanvoer van materiaal, ziet Tavakolly in ketensamenwerking. Specifiek: coalities met nieuwe dienstverleners. “Het is moeilijk om een markt voor textielhergebruik op te tuigen. Bij Decathlon lukt het met hergebruikte fietsen, maar de uitdaging zit in constistente aanvoer van kampeerspullen en textiel. Aan de andere kant staat de markt van inzamelaars onder druk. Dat biedt kansen om buiten het bestaande supply netwerk coalities te vormen.”  

Voor Zeeman en Decathlon ziet hij mogelijkheden in gezamenlijke ketens voor gesorteerd textiel, gecombineerd met Repair Centres en wasserijen: “Coalities als deze maken het mogelijk om inzameling, scheiding en wassen van textiel op grote schaal te organiseren. Samen kunnen zij een groter deel van het hergebruik in Nederland vormgeven of zelfs internationaal hergebruik hier naartoe halen.   

“Belangrijk in deze samenwerking is om de gehele stroom afgedankt textiel te beschouwen. Voor een evenwichtige samenwerking met textielinzamelaars gaat niet alleen om kwalitatieve herbruikbare items. Ketenpartners moeten ook gezamenlijk zorg dragen voor goede verwerking van kwalitatief laagwaardig textiel.” 

Dat is volgens Tavakolly de sleutel tot schaal en kwaliteit: door coalities te vormen ontstaat volume en met volume komt ruimte voor investeringen in technologie, logistiek en kwaliteitsborging. “De vraag is niet alleen hoe je inzamelt, maar vooral met wie. Moet een partij als Decathlon alles zelf doen, of juist samenwerken met concurrenten zoals Bever? Of laat je het assortiment los en werk je per productcategorie samen: textiel met textielbedrijven, fietsen met fietsmerken?” 

“Je moet het volume zo organiseren dat de kwaliteit geborgd kan worden én dat er geld verdiend wordt om die kwaliteit te blijven verbeteren. Dat lukt alleen als je met de juiste partners aan tafel zit.” 

Wat kunnen andere partijen die bezig zijn met circulaire ketens hiervan leren? Allereerst om niet langer vanuit hun eigen supply chain denken, maar vanuit gedeeld belang. Zo kunnen ze samen decentrale inzameling organiseren, investeringen in (geautomatiseerde) sorteerders, Repair Centres of wasserijen delen en efficiëntie creëren die voor één bedrijf alleen onhaalbaar zou zijn.  

Samen opschalen 

Een andere veelvoorkomende uitdaging voor circulaire ketens: opschaling. Ook hier ziet Tavakolly een aantal kansen.

  • Ontwikkel gezamenlijke verdienmodellen die eigenaarschap delen tussen ketenpartners. 

  • Investeer in doorontwikkeling om tot een goed prijsmodel te komen. 

  • Verken mogelijkheden om circulair aanbod slim uit te breiden. 

  • Gebruik productontwerp als hefboom voor schaal en circulariteit.

Waar de vraagstukken van IKEA en Decathlon vooral gaan over aanvoer, speelt bij Zeeman een andere vraag: opschaling. “Er is doorontwikkeling nodig om tot een significant prijsmodel te komen dat aansluit bij de bredere doelgroep die Zeeman bediend,” geeft Tavakolly aan. “Dat vraagt om innovatie: binnen het huidige, lineaire systeem moet de prijs omlaag om circulaire alternatief te laten concurreren. Daar horen ook trade-offs bij. Misschien betekent het toch wel productie buiten Nederland, met de bijbehorende CO2-impact van transport. Tegelijk liggen er openingen voor prijskostenverval in robotisering en digitalisering.” 

Een kans ziet hij in de verkoop van producten die niet nieuw zijn, maar wel als nieuw aanvoelen: Het gaat dan om producten die voldoen aan de kwaliteitseisen door goede inzameling en wassen, maar die niet nieuw geproduceerd zijn. Zo’n model vraagt om samenwerking vanuit meerdere ketens: met partijen als Wibra, HEMA en andere textielpartijen.” 

Ook uitbreiding van het assortiment kan bijdragen aan groei. “Als je rompers verkoopt, kan je ook wasbare luiers verkopen. Dan is de vraag: wat voor keten kan je daaromheen bouwen? Welke samenwerkingen heb je daarvoor nodig?” 

Tot slot ziet hij voor IKEA kansen in het productontwerp. “IKEA heeft ontwerp en productie in eigen hand. Daar liggen mogelijkheden: Nu al worden producten zo plat mogelijk ontworpen voor lage CO2 footprint bij transport. De volgende stap is zorgen dat ze na demontage hun waarde behouden door robuuster ontwerp en materiaal. Daar liggen kansen om circulariteit en toegevoegde waarde eruit te halen.”  

Van leren naar versnellen 

De voorbeelden van Zeeman, Decathlon en IKEA tonen potentie voor de grotere transitie naar circulair: “Alledrie de partijen weten met een circulaire propositie hún consument te bereiken. Zij laten zien dat circulariteit niet allen iets is voor een high-end niche, maar ook voor de gemiddelde consument. Daar ligt een gigantische kans!” 

De voorbeelden laten ieder op een eigen manier zien dat circulariteit leidt tot goede businessmodellen. Ook laten de voorbeelden zien dat samenwerking in de keten essentieel is om circulaire doorbraken te realiseren.  

Het Versnellingshuis helpt daarbij. Wij brengen partijen in ketens samen, ondersteunen ketensamenwerking en delen kennis en inzichten. Benieuwd hoe we dat doen? Bekijk hoe we circulaire ketens ondersteunen, hoe we werken aan circulaire uitdagingen of de kennis en inzichten.